Gewasopbrengst in jonge silviculturele alley cropping systemen

In silviculturele agroforestry systemen worden bomen gecombineerd met akkerbouwgewassen. In de gematigde streken kan dit resulteren in een gedaalde gewasopbrengst en/of gewijzigde gewaskwaliteit nabij de bomen. Één van de basisprincipes van agroforestry is dat deze opbrengstreducties op zijn minst gedeeltelijk gecompenseerd worden door de productie van de boomcomponent. Deze laatste is de eerste jaren na aanplant echter vaak minimaal. Daarom wordt in dit rapport voor de voornaamste akkerbouwgewassen beschreven wat de gewasopbrengst is die men de eerste 10 jaar na aanplant mag verwachten in een agroforestry systeem. Daarnaast wordt de impact van boomaanwezigheid op de belangrijkste kwaliteitsparameters besproken. De resultaten worden uitgedrukt in functie van boomhoogte en afstand tot de bomenrij. De gewasoogst werd lager naarmate de afstand tot de bomen kleiner werd en/of de bomen hoger. Wel bleek dit effect afhankelijk van het type gewas. Op een afstand gelijk aan de helft van de boomhoogte was de oogst van kuilmaïs, korrelmaïs, aardappel, wintergerst en wintertarwe respectievelijk 9.2, 14.3, 7.7, 2.8 en 7.0% lager dan op een afstand gelijk aan de hoogte van de bomen. Gemiddeld genomen over de gewassen heen worden opbrengsten zoals die gangbaar zijn in reinculturen bereikt op een afstand gelijk aan 2.1 maal de boomhoogte. Effecten op gewaskwaliteit waren beperkt en niet van die mate dat ze een invloed hebben op de oogstwerkzaamheden of op de economische waarde van het product. URL: https://www.agroforestryvlaanderen.be/nl/nieuws/impact-van-bomen-op-gewasopbrengst-in-jonge-silviculturele-alley-cropping-systemen